Uit Het Parool van zaterdag 21 maart 2015:
Een koffiecupjesconcurrent van Nespresso – de prijsvechter Espresso Club – heeft een commercial gemaakt met een lookalike van George Clooney. De gelijkenis is niet een beetje treffend, nee zeg maar gerust tréffend treffend. Check Clooneykloon David Siegel. Je ziet dezelfde kop, hetzelfde pak, hetzelfde product, dezelfde look and feel.
De Espresso Club acht zich de onschuld zelve. Tijdens de commercial zie je immers keurig boven in beeld: The actor is not George Clooney, dus verwarring is onmogelijk. Bovendien richt de Espresso Club zich op ‘a different clientèle, one looking to save money and not impressed by the ‘high status ‘image of Nespresso‘.
Nespresso ging in Israël naar de rechter en vorderde een verbod, onder andere wegens inbreuk op auteursrecht. De rechter wees het af: Clooney speelt zichzelf in de espresso commercial en echte mensenzijn geen auteursrechtelijk beschermde characters.
Nespresso heeft verzuimd, zo begrijp ik, Clooney zelf te betrekken bij de rechtszaak. Hij had inbreuk op zijn portretrecht kunnen vorderen. Neem een soortgelijke zaak hier in Nederland. Katja Schuurman deed een campagne voor de Gouden Gids. Daarin is zij te zien ineen geel pak. Een concurrent kwam met een lookalike, van de achterzijde gefotografeerd met een soortgelijk pak, zelfde kapsel, haarkleur, silhouet, postuur, houding en hoge hakken.
De concurrent vond dat ze daarmee geen inbreuk maakte op het portretrecht, omdat het gelaat van Schuurman niet is afgebeeld. Dat klinkt logisch, maar is juridisch onjuist. Het portretrecht beschermt veel meer dan alleen het gezicht. De Hoge Raad: ook zonder overeenstemmende gelaatstrekken, maar door ‘andere identificerende factoren’ kan van een portret worden gesproken.
De concurrent verloor de zaak dus op het portretrecht van Schuurman. Wat daarbij niet hielp, is dat ze hun commercial de Katjacampagne hadden genoemd. Daarmee was lastig te ontkennen dat het werkelijk de bedoeling was Schuurman te kopiëren. Beter was geweest: ‘Dit model is niet Katja Schuurman.’ Volstrekt correct en toch aandacht trekkend. Immers, net als met de roze olifant: men vermag te denken waaraan men niet mag denken.
© Sander Dikhoff 2015
Media-advocaat
s.dikhoff@parool.nl