Boektitel: ‘Auteursrecht voor ontwerpers’
Auteurs: mr. Vincent van den Eijnde directeur pictoright® en mr. Anouk Siegelaar jurist bij de Beroepsorganisatie Nederlandse Ontwerpers (BNO®).
In zijn inleiding schrijft de directeur van de BNO, Rob Huisman, het al;
‘Het lijkt dus eenvoudig: iedere ontwerper bezit de auteursrechten op werk dat hij of zij ontworpen heeft. Uiteraard is het veel ingewikkelder. Want hoe zit het als die ontwerper bijvoorbeeld een fotograaf heeft ingeschakeld? En wat als een ontwerper iets maakt zonder het te signeren? Of als hij of zij in loondienst is?’
Allemaal vragen die ik regelmatig in mijn praktijk tegenkom. Dit boek wordt door Rob Huisman aanbevolen aan alle ontwerpers en studenten van Design opleidingen. Het boek schenkt gelukkig ook aandacht aan de registratie van ontwerpen.
Zo is het omslagontwerp van dit boek is bij CC Proof® geregistreerd en voorzien van een digitale datum. Een afbeelding van deze registratie is te vinden op pagina 19.
Dit dient als voorbeeld hoe je ontwerpen safe en betaalbaar kan registreren. Verder is er een paar (5) bladzijden aan het merkrecht besteed. Mijn favoriete hoofdstuk van dit boek is hoofdstuk 9: ‘Beperkingen op het auteursrecht’. De auteurswet staat toe dat in principe beschermd werk tóch gebruikt mag worden zonder toestemming wanneer dat gebeurt in het kader van een parodie of karikatuur. Een mooi voorbeeld is die van ‘nijn-eleven’ met een inmiddels beroemde uitspraak van het gerechtshof in Amsterdam. De rechter stond deze parodieën die op het internet verschenen toe; vanwege de humoristische bedoeling, het ontbreken van concurrentiebedoelingen en het ontbreken van verwarringsgevaar. Het zijn volgens de rechter ‘geldige’ parodieën.
Maar ook Suske en Wiske kwamen zonder toestemming van Willy van der Steen terecht in de Amsterdamse krakerswereld. Dit boek heb ik destijds gekocht met de wetenschap dat het laatste woord er nog niet over gesproken zou zijn. Het is een leuk boek. Het ligt voor de liefhebber bij ons ter inzage op de Herengracht 227. Deze parodie werd tot aan de Hoge Raad uitgevochten. Uiteindelijk besliste de Hoge Raad dat de nabootsing te ver ging. Onder specialisten in het auteursrecht (o.a. ondergetekende) is er veel kritiek geweest omdat het een te grote beperking van de mogelijkheden tot een parodie zou zijn. Want als stripfiguren in een parodie niet in een sterk gelijkende vorm mogen optreden dan zou het effect van de parodie al bij voorbaat verloren gaan.
Kortom, een boek dat voor iedereen die wel eens met auteursrechten in aanraking komt (en wie komt dat niet) op zijn nachtkastje moet hebben liggen.
mr Alphons Geerlings
CC Proof
Creative IP lawyers
Herengracht 227
Amsterdam